Jeugdhulp
Opgroeien doe je bij voorkeur thuis. Zorg en ondersteuning wanneer opgroeien en opvoeden hapert, kan het beste zo nabij mogelijk worden aangeboden. Met de juiste ondersteuning op het juiste moment kan zwaardere zorg worden voorkomen. Door de versnelling in de maatschappij, de hoge verwachtingen richting kinderen en jongeren en het steeds meer ontbreken van stabiele relaties en gezinnen, vallen er steeds meer kinderen uit. Daar zijn we bezorgd over. Een diagnose en een stickertje zijn niet altijd behulpzaam. Als er zorg nodig is, moet de focus op de oplossing liggen: de juiste hulp en ondersteuning in en rond een gezin. Dat kan niet zonder de inzet van informele steun en de eigen kracht van ouders.
Onze voorstellen:
-
Bredere jeugdzorg. De transformatie in de jeugdzorg moet worden aangegrepen om met een bredere blik te kijken welke hulp geboden moet worden aan jongeren en gezinnen. Dat kan bijvoorbeeld betekenen dat waar jeugdhulp is aangevraagd eerst schuldhulpverlening nodig is of dat bij leerproblemen eerst praktische hulp in het gezin moet komen.
-
Meer geld voor jeugdzorg. De gemeentelijke uitgaven aan jeugdzorg stijgen en zijn slechts tijdelijk gecompenseerd. De ChristenUnie wil structureel meer middelen voor de jeugdzorg zodat gemeenten zorg kunnen blijven bieden en ondertussen kunnen transformeren.
-
Specialistische jeugdhulp slimmer inkopen. Voor regionaal, bovenregionaal of landelijk werkende aanbieders geldt dat zij met verschillende gemeenten en verschillende inkoopkaders te maken hebben. Omgekeerd geldt dat het gemeenten veel tijd, geld en inzet kost om zorg goed in te kopen bij meerdere aanbieders. Om zowel gemeenten als aanbieders efficiënter te laten samenwerken komt er een landelijk inkoopkader voor bovenregionale specialistische jeugdhulp, dat nog steeds mogelijkheden geeft voor lokaal maatwerk als de omstandigheden daarom vragen. Dat is goed voor gemeenten, de jeugdhulp en vooral voor de jeugd die hulp nodig heeft.
-
Resultaatgericht contracteren. Bij het contracteren moet de kwaliteit van de jeugdzorg en het te bereiken resultaat leidend zijn.
-
Grens jeugdhulp naar 23 jaar. De overgang van 18- naar 18+ levert teveel problemen op. We trekken de leeftijdsgrens voor jeugdhulp op naar 23 jaar, in lijn met RVS-advies. Gemeenten krijgen hiervoor de financiële middelen.
-
Familienetwerkberaad vaker inzetten. Om het netwerk van jongeren te activeren in de zoektocht naar een oplossing willen we vormen van familienetwerkberaad vaker inzetten.
-
Eén gezin, één plan. Voor multi-probleemgezinnen wordt uitgegaan van de aanpak van één gezin, één plan, één regisseur. Privacy moet gewaarborgd zijn, maar mag samenwerking niet belemmeren.
-
Praktijkondersteuners Jeugd en Gezin. Mensen die de (huisartsen)praktijk ondersteunen bij jeugd- en gezinsproblematiek kunnen onnodige doorverwijzing naar duurdere zorg van gemeenten helpen voorkomen. Ouders worden dichtbij, snel en in een vertrouwde omgeving geholpen.
-
Woongroepen. Er komen alternatieven voor jeugdigen die niet in een pleeggezin of gezinshuis passen en nu in de gesloten jeugdhulp worden geplaatst waar ze geen passende hulp krijgen. Bijvoorbeeld kleinschalige gezinsvormen of woongroepen.
-
Burgervoogden. De zaakbelasting van jeugdbeschermers wordt verlicht door inzet van burgervoogden.